De vlag in top voor de Kameleon

De schippers van de ‘Kameleon”, Hielke en Sietse, hebben vele vrienden. Dat is geen wonder, want welke jongen houdt niet van varen? Gerben Zonderland, de grappenmaker van het dorp, gaat fuiken zetten en vangt een enorme vis. Waarmee hij op zijn beurt Zwart verrast in zijn vijver.

Zwart is woest en denkt dat Sietse en Hielke hem die poets gebakken hebben. Het loopt goed af, maar iets anders bijna niet. Twee vreemde mannen varen in een smal bootje op het meer. Sietse en Hielke hebben direct al door dat er iets aan die twee mannen niet klopt.

In het “Zonnehuis”, de mooie bungalow van meneer van Doorn, proberen die rare snuiters hun slag te slaan. Maar de boeven hebben op één ding niet gerekend. En dat is de “Kameleon” met zijn stoere schippers. Die gooien lelijk roet in het eten van de dieven.

 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

16 − een =